Maak en vervolledig een zogenaamde "managed image file"
Vanaf IsoBuster 1.9 is het mogelijk om zo genoemde 'managed image' bestanden te maken en aan te vullen. Deze bestanden bestaan uit een IBP bestand en één of meerdere IBQ bestanden.
Je zult altijd de namen van deze beide bestanden identiek moeten houden (behalve de extensie) en ze bij elkaar in dezelfde map moeten houden. In andere woorden; hernoem het IBP bestand niet naar bijvoorbeeld x.IBP en het IBQ bestand naar y.IBQ, omdat ze dan niet meer met elkaar verbonden zijn en IsoBuster ze niet meer op de juiste manier kan gebruiken.
Een 'managed image' bestand (= een combinatie van bovengenoemde bestanden) biedt de mogelijkheid om het extracten te stoppen en op een later tijdstip te hervatten. Als er zich fouten in het bestand bevinden, worden deze gemerkt en kunnen deze blocks later opnieuw ingelezen worden om de gaten te vullen.
Het GROTE voordeel van deze mogelijkheid is, dat je een image bestand van een optische schijf kunt maken met de ene drive en later de schijf in een andere drive kunt doen om het image bestand hiermee te proberen aan te vullen. Het komt voor de ene drive bepaalde delen van de schijf wel kan lezen terwijl een andere drive dit niet lukt en andersom. Dus nu is het mogelijk om een image van een schijf compleet te maken door middle van het gebruiken van verschillende apparatuur, om zo het beste uit elke drive te halen. Lees verder om ook de mogelijke problemen te begrijpen. Bijkomende voordeel is dat je nu de image op je harde schijf hebt staan waarvan je kunt werken. Dit is honderden malen sneller dan wanneer je van de schijf zelf zou werken, special wanneer er moeilijk leesbare fouten op staan. Alle functionaliteit welke je normaal gezien op de schijf zelf zou gebruiken, kun je nu op het image bestand toepassen met een veel hogere snelheid.
Creatie - Het maken
Het maken van een 'managed image' bestand, mocht dit niet automatisch aan je voorgesteld worden, kan gestart worden door met de rechter muisknop op het bovenste CD/DVD of Apparaat ikoontje te klikken in het linkse scherm (TreeView). Het process lijkt erg op dat van het maken van een gewoon image bestand. Wanneer het 'managed image' bestand gemaakt is, deels of in z'n totaliteit, moet je deze openen zoals je elk ander image bestand zou openen. Wanneer het maken van de image was voorgesteld voordat er een scan voor ontbrekende bestanden en mappen gestart was, en je hebt dit verzoek met 'ja' beantwoord, dan wordt het image bestand voordat de scan begint automatisch geladen nadat deze gemaakt is.
Vervollediging
Om een 'managed image' bestand aan te vullen, laad het image bestand (mits die al geladen was), klik met de rechter muisknop op het bovenste CD/DVD or Device icoon in het linkse zijpaneel (TreeView) en je zult daar de optie voor het aanvullen van het image bestand vinden. IsoBuster zal je vragen de schijf in een drive te doen, selecteer die drive en vervolg het proces.
Als er zich gaten ten gevolge van slechte uitlezing in het bestand bevinden, dan kun je er voor kiezen om deze opnieuw te proberen uit te lezen. Je kunt kiezen om alleen het image bestand op het laatst aan te vullen, of je laat IsoBuster het beide doen.
Test om te bepalen of een schijf identiek is (relevant voor optische schijven)
Nadat je het aanvullen van het image bestand proces hebt gestart en nadat je een drive hebt geselecteerd, zal IsoBuster bepalen of de schijf in de drive overeenkomt met de schijf in het image bestand. Dat is een extreem moeilijke taak voor een optische drive omdat er vele aparte CD en DVD formaten bestaan en niet alle drives elke keer de zelfde layout voor elke schijf waarnemen.
Optische schijven komen voor in vele vormen en afhankelijk van het type en de mogelijkheden van de drive zijn er een groot aantal layouts mogelijk voor een enkele schijf. IsoBuster probeert te bepalen of de schijf in de drive hetzelfde is als de drive in het image bestand en om dat te kunnen moeten er soms veel aannames gedaan worden.
Daarom is het extreem belangrijk dat je als gebruiker altijd de juiste optische schijf gebruikt om het image bestand aan te vullen. Het is mogelijk om een image bestand aan te vullen met een compleet verschillende schijf die genoeg overeenkomstige punten heeft. Zo kun je twee schijven combineren in één image bestand.
Dit betekend dan ook dat als je twee identieke kopieën van een schijf hebt, je in feite twee slechte schijven kunt gebruiken om één goede image te creëren Het vereist wat gezond verstand, maar dan kun je er ook echt wat mee.
Wanneer je de complexiteit begrijpt die er mee gemoeid gaat, zul je ook begrijpen dat de layout soms té verschillend is om een image bestand aan te vullen met een bepaalde schijf. Bijvoorbeeld, als de drive die je oorspronkelijk gebruikte om een image bestand aan te maken twee tracks zag, maar de drive, welke je nu gebruikt om het image bestand aan te vullen, slechts één track ziet, dan zal de test die IsoBuster doet niet slagen en een bericht tonen waarin gemeld wordt dat de schijven te verschillend zijn. Dit probleem zal zich meestal enkel voordoen wanneer je probeert om verschillende drives te gebruiken. Eén drive zal over het algemeen dezelfde layout registreren tenzij de drive problemen heeft met het koppelen van de schijf. Mocht dat het probleem zijn, probeer dan de schijf opnieuw te koppelen door de drivelade te openen en sluiten.
Bijvoorbeeld: Stel dat de ene drive in een sessie twee tracks registreert en de andere drive maar één track ziet in diezelfde sessie en daarbij toch alle bestanden perfect in deze één of twee tracks passen, dan zal de layout tóch te verschillend zijn om het image bestand aan te kunnen vullen.
Manieren om er zeker van te zijn dat het altijd mogelijk is om een 'managed image' bestand aan te vullen met verschillende hardware (relevant voor optische schijven)
Probeer altijd te werken met hardware die dezelfde mogelijkheden heeft. Bijvoorbeeld een ROM drive heeft veel minder mogelijkheden dan een Writer. Dus als je begint met het maken van een image bestand met een ROM drive, dan kan de layout enorm verschillen met dat wat een Writer ziet en kan het aanvullen wellicht nooit gestart worden.
Het zelfde principe geldt voor -R or +R or -RAM drives enz. Een DVD+RW Writer bijvoorbeeld, kan heel goed de meeste inhoud lezen op een DVD-RW schijf, MAAR kan een hele andere track en sessie layout waarnemen dan wat een DVD-RW Writer ziet, eenvoudigweg omdat de DVD-RW Writer meer begrijpt van de schijf en daarmee een meer complexe en té verschillende layout ziet dan wat ik het bestand is opgeslagen.
Snelle test of een schijf aangevuld kan worden met verschillende hardware (relevant voor optische schijven)
Om de problemen zoals boven omschreven zijn in te schatten, kun je een kleine test doen. Start het maken van een 'managed' bestand, maar stop het process direct nadat het begint te lopen. Probeer vervolgens met verschillende drives om de image aan te vullen. Je zult onmiddelijk zien welke drives de image kunnen aanvullen of voor welke drives IsoBuster zal aangeven dat ze niet compatibel zijn. Met deze test kun je bepalen of het de moeite waard is om opnieuw te starten, maar deze keer goed.
Bepalen van de herhaalpogingen
Gedurende het creëren van het 'managed' bestand zal IsoBuster zelf het aantal herhaal pogingen opvoeren of reduceren, om het beste resultaat te behalen. Uiteraard zal het altijd beginnen met de instellingen door jou ingegeven (of de standaard instellingen). Gedurende het completeren van het 'managed image' bestand en specifiek met het vullen van de gaten worden het aantal herhaalpogingen minder vaak gereduceerd en is het proces veel meer volhardend. Maar ook hier start het programma met de instellingen welke zijn ingesteld. Realiseer je hoe dan ook dat deze instellingen per drive worden ingesteld. Dus wanneer je een 'managed image' bestand hebt geopend en je wilt het het aantal herhaal pogingen om mee te beginnen reduceren voor de drive die de schijf gaat lezen, selecteer dan eerst die drive, ga naar 'opties' en stel het getal voor de herhaalpogingen in voor die drive. Stel niet het aantal herhalingen in voor het image bestand zelf, aangezien dat niets zal veranderen voor de drive die de schijf gaat lezen.
Minder (bestands)data in een image bestand zien dan op de schijf zelf staat
Een 'managed image' bestand is gemaakt van begin tot eind en kan gestopt worden voordat het einde is bereikt. Het is dus heel goed mogelijk om de meeste ingelezen data reeds in het bestand te hebben voordat het einde is bereikt. Een gevolg daarvan kan zijn dat de bestanden niet getoond of niet juist getoond worden. Dit komt omdat bepaalde bestandsystemen afhankelijk zijn van de allerlaatste blocks van track of sessies en dus alleen wanneer deze aanwezig zijn in de afbeelding, zullen deze plotseling correct weergegeven worden. Een voorbeeld hiervan is onder andere een open track/sessie op een CD-R die met drag & drop software gemaakt is. De laatste blocks bevatten de zogenaamde VAT gegevens en deze zijn belangrijk voor het bestandssysteem. Dus enkel wanneer het image bestand compleet gesloten is zullen de bestanden er juist uitzien.
Zie ook: Managed image bestanden bewerken